|
Balans |
Roeiboten hebben over de lengteas (het rollen) weinig stabiliteit. Het oppervlak van de relatief kleine vin, werkt de zijdelingse rolbeweging nauwelijks tegen. Balansverstoringen kunnen wel worden tegengewerkt met de massatraagheid van de rompen van de roeiers. Massatraagheid werkt beweging tegen. Wanneer het bovenlijf met de boot mee roteert – vergelijkbaar met een mast op een schip – wordt het rollen van de boot tegengewerkt. Dit kan alleen worden gedaan door de heupen zijdelings te fixeren (core stability). Zie ook: Balansplankje. Een boot met roeiers zonder core stability zal willekeurig naar beide boorden rollen of zelfs heftig wiebelen. Dit valt te zien aan de dollen die tijdens de recover op en neer gaan (de boot 'stuitert').
Voor het maken van een goede haal en om polsblessures te voorkomen, is de juiste stand van de handen essentieel. Bij het scullen (roeien met twee riemen) en het boordroeien (roeien met één riem) zijn de handposities verschillend.
Scullen
Een scullboot ligt alleen recht wanneer de handen dicht onder elkaar worden gehouden. Ze raken elkaar bij elke roeibeweging tweemaal kort even aan, eenmaal bij de haal en eenmaal bij de recover. Een scullboot kan:
- op bakboord worden gelegd door de hendels verder uit elkaar te houden;
- op stuurboord worden gelegd, door bij de inpik de linker hendel dieper de boot in te duwen en bij de uitpik de rechter hendel omhoog te brengen.
Boordroeien
Tijdens de haal is het de aanhaalhoogte (hoogte van de hendels) die de balans bepaalt en die de boordboot recht houdt. Tijdens de recover is het de wegzetdiepte die de balans bepaald. Dus:
- Tijdens de haal kan de balans worden gecorrigeerd door de hendel aan de zijde waar de boot naar toe valt omhoog te brengen.
- Tijdens de recover kan de balans worden gecorrigeerd door de hendel aan de zijde waar de boot omhoog komt wat dieper de boot in te drukken.
Ligt of valt de boot bij de uitpik over:
- stuurboord, dan haalt stuurboord hoger aan en zet bakboord dieper weg.
- bakboord, dan haalt bakboord hoger aan en zet stuurboord dieper weg.
Ligt of valt de boot bij de inpik over:
- stuurboord, dan drukt stuurboord de hendel omhoog en daarmee de boot weer recht.
- bakboord, dan drukt bakboord de hendel omhoog en daarmee de boot weer recht.
Uitpik en wegzet | |
Strijken |