
|
Beheersing – Uitlengen
|
Oefen: |
De haal langzamerhand uitlengen. Beginnen met vaste romp, vaste bank (dus alleen op de armen roeien). Vervolgens stapsgewijs uitlengen via: inbuigen tot ¼ bankje (5 cm oprijden, knieën komen 5cm omhoog) rijden, ½ bankje (onder en bovenbenen maken een rechte hoek) rijden, ¾ bankje rijden naar de volledige roeihaal. Ongeveer tien halen per stadium. Wanneer het goed gaat mag sneller (vijf of drie halen per keer) worden uitgelegd. |
Type: |
Klassieke oefening. De oefening Dynamisch uitlengen blijkt effectiever dan deze oefening en heeft daarom de voorkeur. |
Doel: |
Haal van de ploeg gelijk krijgen. Volgorde van de wegzet (romp & armen en dan benen) oefenen. |
Focus: |
Let op het gelijk bewegen van je eigen blad(en) met dat van de slag. Synchroniseer de in- en uitpik door de gelijkheid te zien of te horen. Voel met je voeten het moment van rijden van de ploeg. |
Variatie: |
Inkorten: de haal weer langzamerhand inkorten op dezelfde doch omgekeerde wijze. |