Tillen en stuurcommando's

Tilhoogte veranderen

Deze commando’s worden gegeven wanneer de roeiers de boot aan beide boorden tillen. Kijk hier Soorten commando's voor de betekenis van AC, UC en BC. De tilhoogte veranderen wordt op de volgende wijze aangegeven.


In de handen tillen

AC: In de handen,
UC: nu.

De uitvoering van dit commando kent twee varianten, naar gelang de roeiers met de gezichten naar elkaar toe staan dan wel met de gezichten naar de boeg of achtersteven van de boot staan:
Indien de roeiers met de gezichten naar elkaar toe staan, wordt de boot met twee verticaal gestrekte armen aan het boord vasthouden. Indien de roeiers met het gezicht naar de boeg of achtersteven staan, wordt het boord met een gestrekte arm in één hand vastgehouden. 

    


In de ellenbogen tillen

Het commando in de ellebogen wordt gegeven wanneer de boot hoger dan in de handen de loods in of uit moet worden gebracht zodat de riggers van de boot de riggers van de andere boten niet raken.  

AC: In de ellebogen,
UC: nu.

De armen worden gebogen, de handen pakken het binnenwerk van de boot en de boordrand van de boot ligt in de ellebogen.


Hoog tillen (op elleboog hoogte)

Een variant op het in de ellebogen houden van de boot is het hoog tillen vanuit een boot die in de handen ligt.

AC: Hoog tillen,
UC: nu.

De boot ligt in de handen en wordt omhoog gebracht door de armen te buigen. De onderkant van de boordrand komt hierdoor op ellebooghoogte te liggen.


Op de schouders tillen

De boot kan ook met de boordrand op de schouders gedragen worden waarbij er aan elke boord evenveel roeiers staan:

AC: Op de schouders,
UC: nu.

De boot wordt op de linker dan wel rechterschouder geplaatst. De roeiers kijken ieder naar de boeg of achtersteven van de boot, naar gelang de situatie. De begeleidende hand houdt de boordrand vast.


Uit de loods tillen
Zwenken
© 2016 - 2024 Jeroen Brinkman