Tillen en stuurcommando's

Uit de loods tillen

Bij het uit de loods tillen van boten is het belangrijk niets te beschadigen. De uitstekende riggers zijn, vaak de oorzaak van beschadigingen. Til de boot dus zo dat de riggers geen kans hebben iets te raken, doordat ze op een andere hoogte worden gehouden dan de riggers van de liggende boten. De stuur gaat staan op de plek waar hij het meeste overzicht heeft: bij het uitbrengen van de boot loopt hij als laatste de loods uit, bij het inbrengen van de boot als laatste de loods in. Hierdoor hoeft hij niet achteruit te lopen en overziet hij de hele boot. Afhankelijk van de hoogte waarop de boot in de stelling ligt, geeft hij een van de volgende commando’s.  

“Aan de boorden...”

Bij een hoog liggende boot kruipen de roeiers onder de boot en houden met iedere hand een van de boorden vast.

Bij een op gemiddeld hoogte liggende boot reiken de roers met een arm over de huid en pakken vervolgens met beide handen ieder één boord vast.

Bij een laag liggende boot, staan de roeiers tegenover hun rigger (boordboot) of tussen de riggers (scullboot) en tillen met twee handen één boord.

“…tillen gelijk… nu.”

De roeiers tillen de boot voorzichtig op en brengen haar naar het middenpad van de loods. Elke roeier let op de riggers.

Indien alle roeiers aan één zijde tillen en de loods smal is, wordt deze op de schouders uitgebracht (zie: Boven de hoofden/op de schouders/in de handen brengen)

Indien alle roeiers aan één zijde tillen en de loods breed is, kunnen de roeiers nu naar beide boorden gaan (zie: Omlopen/onderdoorkruipen).


Tillen vier of acht (4+ of 8+)
Tilhoogte veranderen
© 2016 - 2024 Jeroen Brinkman