Tillen en stuurcommando's

Aanleggen aan het vlot

De stuur begint met het aankondigingscommando:

“We gaan aanleggen aan bakboord/ stuurboord…”

Vervolgens wordt de bootsnelheid tijdig teruggebracht met het commando:

“…Light Paddle …”  

Eventueel kan hier het commando “…Spoelhaal…”  worden gegeven, wanneer de snelheid nog verder moet worden teruggebracht (dit is standaard bij achten).

De roeiers brengen de snelheid terug door lichter te halen

En wordt attentie gevraagd met het commando:  

“…we naderen het vlot…”

Geef vervolgens het commando Laat lopen (zie: Het roeien onderbreken).  

Eventueel kan het commando Pas op de riemen aan bakboord/stuurboord worden gegeven, wanneer er nog andere boten aan het vlot liggen (zie: Obstakels vermijden).

“…riemen aan bakboord/stuurboord hoog…”

De roeiers brengen de riemen omhoog.

“…boeg kijkt mee…”

Zorgt ervoor dat de boeg de punt in relatie tot het vlot in de gaten houdt. Mede op zijn aanwijzen kan vervolgens door de stuur worden gehouden. De roeiers blijven hier de commando’s van de stuur volgen.

Geef tenslotte het commando om Stuurboord/ bakboord houden (zie: Door houden een bocht maken).

De roeiers pakken het vlot vast wanneer dat kan. De bladen worden boven op het vlot gelegd. Aan het andere boord worden de bladen plat op het water gelegd.

Bij aanleggen aan een hoge wal wordt het commando Bakboord/stuurboord slippen gegeven (zie: Obstakel aan één zijde).



Loskomen van de kant
Uitstappen
© 2016 - 2024 Jeroen Brinkman