|
Uitpik – Uitlopen |
Fout: | De roeier brengt de hendel(s) in het laatste gedeelte van de haal naar de heupen, waardoor het blad langzamerhand uit het water loopt. Zie ook: Uitpik. |
Waar- nemen: |
Hendel: kijk hoe de hendel(s) naar beneden, naar de heupen worden getrokken Blad: bekijk hoe het blad tijdens de haal langzaamaan boven water komt. |
Oorzaak: | Verkeerde aanhaalhoogte of compensatie voor te weinig kracht in de armen. Deze fout vormt een onderdeel van de Slifferhaal. |
Gevolg: | Drukverlies aan het eind van de haal, waardoor de boot snelheid verliest. |
Remedie bak: |
De hendel(s) moet(en) niet vanuit een bovengreep naar boven getrokken worden, maar vanuit de schouders met een ondergreep naar boven worden geduwd. De roeier dit stilliggend laten doen tot keelhoogte (overcompensatie) zodat het blad diep onder water komt. Hierdoor voelt hij het principe. De coach/instructeur knielt in de roeibak naast de roeier en helpt door de riem naar de borst te begeleiden (bewegingsbegeleiding). |
Remedie boot: |
Differentiële aanpak met eerst Aanhaalhoogte oefenen gevolgd door Wegzetdiepte oefenen. Daarnaast kan de oefening Soppen uitpik erg effectief zijn. Op het water consequent Slagklaar maken bij de uitpik, waarbij de bladen bedekt zijn en de boot recht ligt. Transfereren door de roeier te vragen op de hendel(s) te focussen en van inpik tot knieën een J-haal in de vorm van een liggende “” te maken (analogieleren). Eventueel roeien met Drijfhalen. |
Feed- back: |
Visueel: door naar het blad te kijken. Periodiek met de duimen een bepaalde plek op de borst aan raken. Wordt de borst onder deze plek geraakt, dan wordt er te laag aangehaald. |
Stuur- stoel: |
Het bovenste deel van het blad van een roeier is, gedurende het laatste gedeelte van de haal, duidelijk zichtbaar. Het blad wordt dus niet tot het laatste moment onder water gehouden. |
Een roeier die uitloopt heeft moeite met druk in de eindhaal en golven (www.rowanimation.nl).
Algemeen – Dolhoogte niet goed gesteld | |
Uitpik – Blad uitdraaien |